20 maart 2011.
En het was er weer.
De boekenweekknaller dat er gratis gereisd kon met de
trein middels het ook al ‘gratis’ boekenweekgeschenk,
ditmaal van Kader Abdolah, de man die de algrootste
schrijver van Nederland en daarna van de wereld wel wil
worden. En gelijk heeft ie natuurlijk, willen worden mag
gewoonweg altijd, heus ook wel in ’t Calvijne Nederland.
Wij, vriendin S en ik, besloten de b-knaller te gebruiken
om naar de tentoonstelling Edge van het werk Katinka -
Lampe te gaan in Maasstricht. In het verleden moesten
we al eens een uitnodiging voor de opening van een ten-
toonstelling van haar werk afzeggen. Een uitnodiging
overigens die we kregen als gevolg van het poëzieplein-
postergebeuren waaraan zij via haar zus (Astrid koos
voor een schilderij van Katinka als achtergrond voor het
gedicht – zie link hieronder gegeven) tot onze vreugde
wilde meewerken.
Maasstricht dus!
En ook lekker vet ver! Want zo’n gelegenheid van gratis
reizen zal heel wel tot op de welige bodem uitgemolken.
2,5 uur reizen!
We bespaarden zowaar bijna honderd!!! euro en we wild-
en, zoals gezegd, toch lang al naar het werk van Katinka
Lampe gaan kijken.
Maar dat vet en ver uitmelken, het was niet alleen ons
gegeven. Half Nederland was op ‘wonderbaarlijke’ wijze
op dezelfde gedachte gekomen. En zo drukte de trein
naar het Limburgse zwaar op de rails, schommelde het
ding alsof het een kermisatractie was, en je mocht als
passagier van een enorm geluk spreken als je op een
van de vele in de trein geplaatste zittingen broodnodig
kon neerzijgen om daarop de komende 2,5 uur aan rei-
zen te ondergaan.
Maar gratis, dus blijvend opgetogen.
Op de zittingen van de toch nog veroverde zitplaatsen
kwam van het voorgenomen lekker lezen mooi geen
fluit. Wel eens in een overvolle hobbeldewobbel ker-
misatractie geprobeerd een simpel reclamefoldertje
van een begrafenisonderneming of zoiets te lezen?
Kader Abdolah bleef bij ons en bij alle reizigers strak
in zak of tas gestoken. Alleen op het beleven dat de
conducteur in aantocht kwam werden de kraaiboekjes
een kort moment tevoorschijn gedoken ter toning dat
men echt niet illegaal in de trein verbleef.
Ook onze boekjes.
Al duurde bij ons ‘t moment een stootje langer omdat
we al een paar jaar de ongewone, zo blijkt ieder jaar
weer, gewoonte hebben om de conducteur te vragen
of hij onze boekjes wil afstempelen. Eerst is er dan
de onwennige verbazing op het gezicht boven het u-
niform. Dan komt er een uitdrukking die past bij de
vermoedelijke gedachte dat men klantvriendelijk be-
hoort te zijn. Vervolgens wordt er heel ergens op de
bodem van de werktas gezocht naar een vermoedde
stempel mogelijk toch nog daar en zo krijgen we ha!
altijd wel ons stempeltje. Al een kleine serie boeken-
weekgeschenken bestaat er zo, braaf gesigneerd door
het treinbedrijf. Ook ditmaal ging het op deze manier.
Echter, de medereizigers om ons heen zagen het ritu-
eel, wilden plots ook allemaal wel zo’n signeerstemp-
eltje in hun kraaiboekje. En zo verwerden wij, vriendin
s en ik, literaar gezien daar in de trein vermoedelijk
tot trendsetters. Toegegeven, wel een tikje sultrend-
je en aldus ook niet iets om snoevend over naar huis
te schrijven.
Overigens had ik, de man van wij, het boekje van
Abdolah thuis al gelezen, en eh eh en dus aan de
hand van dit boekje (ander werk van K las ik waar-
lijk in het geheel nog niet); Kader, lieve meneer,
men zegt nogal eens dat om een algrootste te
worden, daar moet een mens torment gesproken
veelal wel effe het vele van het een en nog meer
van het ander voor doen. Maar dat is torment hé.
En dan, waar een wil is is een weg, jajazeker, dat
zegt ook een Nederlands spreekwoord en Dikker-
tje Dap zoefde toch ook effe mooi van de lange
giraffenhals, al was het zowaar wel naar beneden.
Er werd, zo zonder dat lezen, veel gekletst in de
tot kermisatractie verworden trein; was men jong
(weinigen) dan ging het over anderen, was men
middelbaar (velen) ging het over anderen, was
men bejaard (ook velen) ging het over anderen,
was men alleen dan ging het per mobieltje over
anderen. Ook de meegesleepte kinderen waren
vol van zichzelf, alleen zij maakten zonder het
te beseffen en zonder klets over anderen lekker
wat lawaai VOOR anderen en buiten was het ook
al geen vetpot wat de wereld betreft, een kermis
onwaardig werden weilanden (met of zonder koei-
en) afgewisseld door huizen van dorpen of steden,
tenminste in zoverre het mogelijk was je daarop
te concentreren want het lippenwerk over het de-
bunken van de soort deed de overtoon aan kwel-
geluid toch wel aanvoeren in de treincoupe waarin
wij zaten. En Kader Abdolah maar schrijven in dat
Nederlandse voor hem veel te kleine taalgebied-
taaltje.
Hoe wij aan de Kadergeschenkjes gekomen zijn?
Vorige week vrijdag na een ziekenhuisbezoekje in
de vroege morgen per metro naar Donner getogen
om daar de zo gratis geschenkjes te bemachtigen
via de koop van wat andere boekwerkjes. Welnu,
op de bovenverdieping is al jaren de heerlijke af-
deling waar gedeukte gekneusde en wat dies meer
zij boeken worden verkocht voor redelijk afgeno-
men prijsjes (deukjes / kneuzingen die het lees-
werk geenzins schaden), al tijden verwerven we
daar boeken voor veelal de helft van de prijs die
men normaal voor een vers boek betaalt, het eni-
ge maar makkelijk te overwinnen nadeel is dat er
op de snede van deze boeken een zwarte viltstift-
streep is gezet. Zo kochten we er oa Kleine door-
schijnende man van Erik Jan Harmens, alzo kochten
we er Het verraad van de tekst van Arnon Grunberg,
maar ook voor vette nieuwprijzen de dichtbundels
Gratis tijd voor iedereen van Alexis de Rode en de
bundel Eiland berg gletsjer van Anne Vegter alsook
het prive-domeinboek Dienstreizen van een thuisblij-
ver en nog wat ander brilverwerkspul zodat die uit-
gespaarde honderd euro, hierboven zo smikkelend
genoemd, mooi wel uitgegeven is aan deze boeken
en het gratis reizen zowaar op heus als een strak
eigen-doos-sigaartje mocht beleefd,,,, uiteindelijk.
En hoe de in Maasstricht getoonde werken (portret-
ten) van Katinka Lampe zijn? Laat het zo zijn ge-
zegd, wij hebben ondanks de proptrein geen spijt
van deze ‘gratis’ onderneming en mogen daarbij
zeker stellen dat een schilderij van Katinka Lampe
met een gedicht van zus Astrid met alle glunder van
beleef in deez’ wereld in het door ons veroorzaakte
poëziepleingebeuren mocht opgenomen.
Werner Spaland

Geen opmerkingen:
Een reactie posten