woensdag 12 december 2012

Brief (20) uit Schiedam

Een verademing is het te ervaren dat er soms toch een mens leeft
in je omgeving die doortastendheid hoog in het eigen vaandeltje
heeft staan. Genoegzaam bekend daarbij is; een beetje doortast-
endheid, dat wil voor de vlag uit, dat wil de wereld in, dat zál de
wereld in. Op een gegeven moment krijg je als naaste omstander
er dan ook mee te maken. Geheel en al gratis dendert het, als de
vaandelwap het hevigst is, je wereld binnen zonder er ook maar
een pink voor op te hoeven lichten, leuker nog, voor je het weet
ben je er fijn onder bedolven.

Het gebeurde mij een tijdje geleden. De verademing behelsde de
buurman van beneden; hij had, zo vertelde hij toen ik de deur uit-
stapte om wat te gaan fietszwerven, met een aantal buren al zo’n
beetje overlegd dat de altijd groene naaldboom aan de achterkant
van de huizenrij maar eens een stevig aantal takken moest kwijt-
raken, want naalden in de tuin en op het wasgoed dat was verdomd
irritant en een beetje meer zon kon ook geen kwaad en of ik bij een
volgend overleg er ook maar even bij wilde zijn zodat we met z’n al-
len… Natuurlijk buurman, geen probleem, een boom is een boom
en al dat groen zo danig vanuit mijn keuken te zien, verdomd het
kan ook wel een tandje minder, nee, prima, ik zal er volgende keer
bij zijn, bij dat overleg, maar even dit buurman; je weet wellicht dat
er in de door u bedoelde boom een paar tortelduiven al zo’n week
of twee zit te broeden ter hoogte van mijn balkon… Helemaal geen
punt buur, wachten we gewoon tot de herfst.

Nee dus.

Want na het fietszwerven veel licht vanaf mijn balkon en bedrijvig-
heid in de tuin van mijn buurman. De boom die nog geen twee uur
daarvoor aanleiding was tot het ontgroeningsgesprek daaraan hing
de beste man. Vier meter boven de grond, ongeveer ter hoogte van
het nest had hij zich tussen de takken gewrongen. En nu moet u
voor de goede orde wel even weten: ik wil altijd en heus onvermoei-
baar goedgemutst over het wonderbaarlijke fenomeen mens zijn,
waarachtig, ik durf er mijn veel genoten fiets onder te verwedden,
geen kwaad woord zal er te snel van mijn lippen vloeien over mijn
mede-aardbewoners. Dus graag begreep ik dat de man even het
nest wilde bekijken om de situatie in ogenschouw te nemen of hij
inderdaad tot helemaal in september had te wachten met de tak-
kenkap. Waarlijk, de goedgemutstheid groeide hiervan tot nog
groter onvermoeibare mesnlievendheid, zodanig dat het beslist
uitgewalst diende te worden in de gedachte hoe verschrikkelijk
mooi toch de wereld kan zijn, zulke prima mensen om je heen te
hebben het is toch…

Echter.

Soms, erg veel soms is de werkelijkheid toch wat weerbarstiger; van-
af mijn balkon namelijk keek ik neer op een flink aantal takken die
niet meer aan de boom hingen maar in de tuin neergekwakt lagen,
incluis de grote tak waarin het nest van het tortelpaar was gebouwd…

Vroege en snelle herfst dit jaar buurman?

En ook zei ik: Overleg al plaatsgevonden?

De verwachtte consternatie bleef uit, met een staal gezicht gaf hij
zijn vrouw de schuld van dit alles, van haar moest het nu gebeuren
en ik heb het nest op een andere plaats in de boom gezet dus niks
aan de hand buurman en je ziet het is toch veel lekkerder zo want
al die naalden… Het hele verhaal werd opnieuw opgelepeld, wellicht
ter onnodige verdediging van wat zij, hij en zijn vrouw, heus als de
normaalste zaak van de wereld beschouwden. Ik begon nog over
het overleg en dat het wel vreemd was dat we zo’n twee uur geleden
nog iets hadden afgesproken waarvan dit toch op z’n zachtst gezegd
een uitkomst was die…

Tevergeefs.

En ter vervolmaking van het doortastgebeuren kwam de buurvrouw,
links van mij in de huizenrij wonend, haar balkon op gepantoffeld
met de mededeling dat de boom in de herfst toch zal worden om-
gehakt en er dus in feite niks aan de hand is. En ja ik heb nog bij
je aangebeld om het te melden maar je was zeker niet thuis (huh?
ik kom haar vrijwel dagelijks tegen op straat als ze dat verrekte
blafhondje uitlaat). Iemand van de woningbouwvereniging en een
boomecoloog hadden de zaak een aantal weken terug op haar ver-
zoek (al die naalden en mijn wasgoed) bekeken en besloten dat de
boom veel te groot werd om hier te staan, het werd zelfs gevaarlijk
gevonden door de experts. En nog een nieuwtje, zo ging de pantof-
felvrouw in een woei verder, ik ga aan het eind van dit jaar verhuiz-
en. Ah, en wij waarschijnlijk ook, zo meldde de boomklimbuurman.

Het nest heb ik niet kunnen ontdekken.

Het broedpaartje wel, nog weken fladderde het verward rond.

Werner Spaland

Geen opmerkingen:

Een reactie posten