vrijdag 14 december 2012

Brief (32) uit Schiedam

Na alle D-D-V. stadsstoom en Klugere Hansjes.
Ditmaal een persoonlijke briefnoot.

Met enige schroom, dat wel, want er zijn nogal wat critikelers
in ons kraplandje die vinden dat het autobiografische aspect
in het schrijven een lemen dreutelwaarde heeft die de echte
literatuur op zijn minst voor een dik deel wil nedersneeuwen
naar een onbenullig plasje sopsneeuw waarop de massa zal
dansen als was het de vlag van een of andere dicteratuur, een
plasje ook waaruit de geurzeep vol-le-dig zal zijn verdwenen
laat de schrijver zijn vingers niet een klein beetje, dat is nog
wel acceptabel, maar totaal verkledderen door zijn/haar au-
tobiowereldje met alle daaruit voortkomende spruitelijke lucht-
jes die kek rond willen kluwen tussen zulks te barre zelfregels.
Even voor de duidelijkheid, dit alles hierboven geheel en al
volgens de genoemde critikelers. Want ha ik hou wel van sap-
pige armoeiverhalen die het eigen karkas betreffen en zich
het liefst helemaal bedruipen in de autobiotocht. En zeg nu zelf,
de mogelijkheid tot een bar lezersverwachting ondergravend en
een stap in het duister doend dreutelverhaaltje over niet-auto-
biografische druipwerken het heeft toch iets van een te geurig
gelukt gebakje op een taart laten rondsoezen als een véél te
kunstmatige lief-en-grief-wereld in plaats van een hele echte
erge lief-en-leed-wereld met bestaande levens en bestaande
werkelijkheden.

Waar ik van houd echter, het geldt in de grootwereld niet.
Het is andermans kritieke zwaard van Damocles dat telt.
Een zwaard nogal hangend boven deze brief. Een zwaard ook
waardoor u misschien wat beter mijn schroom begrijpt om te
gaan schrijven over de eigen haard, ook al is het ding nog zo
warmdoende en geeft het de eigen huid de druipstreling blijk-
baar zo broodnodig.

Maar goed, schroom of niet, de persoonlijke noot nu.

U weet wellicht wie Hitler is?

Ja?

Dat scheelt een slok, want die man uitleggen, het zou me een
boek kosten in deze brief die daar waarlijk niet geschikt voor is
ook al speelt de man een stevige rol als oorzaak van mijn be-
staan. Werkelijk, een fikse hulp aan de conceptie, waaruit mijn
persoontje voortkwam, is ie geweest dat beroemde allesslopen-
de oorlogsmannetje.

Want wat wil het geval?

Als die H niet op de manier had bestaan zoals ie nu heeft be-
staan in de geschiedenis, ik was niet via de schoot van wat nu
mijn moeder mag heten ter deze wereld gekomen. Werkelijk,
ik was er met alle zekerheid heel niet geweest. De kans name-
lijk dat mijn vader mijn Duitse moeder zou hebben ontmoet
was de oorlogse Arbeitseinzatz, veroorzaakt door de oorlogs-
lust van Hitler, er niet geweest, mag als bijzonder klein worden
beschouwd. Via die Arbeitseinsatz nl werd mijn vader, toen nog
even niet mijn vader, met anderen, waaronder een vriend, in ’42
onvrijwillig tewerkgesteld in de oorlogsindustrie in Duitsland. Hij
was toen net achtien jaar. De eerste maanden had hij, die mijn
vader nog niet was, het bar in de wapentuigfabfiek waarin hij te
slaaf was gesteld. Echter, het ‘geluk’ lachte hem al snel toe, want
zijn vriend, die in een bakkerij te hulp was gedropt, werd ziek
(huidschimmel of zoiets) en kon dit beroep niet meer uitoefenen
zodat er bij de bakker behoefte kwam aan een nieuwe werkkracht.
Welnu, de vriend van mijn toekomstige vader stelde mijn vader
voor en zo kreeg deze na het moordende wapenoptuigen hier-
mee vergeleken een luizenbaantje en op den duur behoorlijk wat
vrijheid, want het al oude kinderloze bakkersechtpaar zag wel een
goede opvolger in de achtienjarige te slaaf gestelde.

En zo kon mijn vader al snel achter de Duitse Mädel aan.

Het resulteerde, om maar autobioverkleinend kort te gaan, in een
meesleep van mijn moeder, inmiddels zwanger van mijn oudste
broer, naar Nederland (want mijn nog niet vader wilde heel wel niet
in dat Duitsland blijven, moest terug naar zijn ouders die hij zo mis-
te) alwaar ook ik tussen nog wat ander broer- en zusspul flink wat
jaren daarna geboren werd dankzij dus de toen lopende geschiede-
nis waarin die Hitler zo’n belangrijke rol speelde. Zowel in het wereld-
gebeuren alswel in de hoedanigheid van indirecte verwekker van m’n
broers, zussen en mij dus.

En ja, natuurlijk zou ik nu simpelweg een geloofwaardige verhande-
ling kunnen gaan houden over het schön kloppende cliché dat de
liefde alles overwint, zelfs zo’n erge oorlog, waarin dus een Neder-
lander op een meisje, geboren uit de vijand, verliefd kon worden,
maar dat laat ik toch liever geheel aan uw invulfantasie over. Mij
is het in deze brief meer te doen om de prangende vraag of ik
mijn tot nog toe veel te schamele schrijfcarriëre wellicht moet gaan
ophangen aan een thema dat stevig verbonden wil zijn aan het
hierboven beschrevene waarin oorlogsman Hitler, als hoogtepunt
en indirecte veroorzaker van mijn geboorte, zo’n grote speelt. En
vooral ook, zou het mijn schrijverschap op een hoger plan brengen
deed ik me aan dit thema verbinden? Ik bedoel, de schaduw van
die H. over mijn leven laten glijden en in het kader daarvan alles,
maar dan ook alles wat ik aan leven beleefd heb eraan op te hang-
en en al de roem van die H ook een beetje in mijn leven terecht te
laten komen ook al is het een negatieve roem. Is dat wellicht wat?
Ook commercieel is het uiteraard even niet verkeerd denk ik, zeker
na al het voorschrijfwerk van mijn beroemde voorgangers, heus al
jaren de grote drie genoemd. Wellicht kan ik mezelf achteraf tus-
sen de grote drie van de naoorlogse literatuur nog schrijven. Want
een drietal waarvan tweederde deel al knap stevig in de dood ligt en
ook de restman met pijp laat weinig meer van zich horen de laatste
tijd, ik geloof dat “Anekdoten rondom de dood” uit 2004 het laatste
schrijfsel is van deez man met pijp. Dus…

Maar ach, wat is het uiteindelijk meer dan business as usual zal ik
maar zeggen. Of beter nog met andere woorden, al die leegte maar
op te moeten vullen is nu ook niet bepaald een dotje vet op het pro-
gram van “ik wil wel maar…”

Doodwachter, zou dat wat zijn?

Of wil er uiteindelijk toch maar beter met en in de fictie geschoffeld?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten